Handelingen 16:1-3

Handelingen 16:1-3 BB

Hij kwam ook weer in Derbe en Lystra. Daar was een leerling die Timoteüs heette. Hij was de zoon van een gelovige Joodse vrouw. Maar zijn vader was een Griek. De broeders van Lystra en Ikonium vertelden goede dingen over hem. Daarom vroeg Paulus hem of hij met hem mee wilde reizen. Hij liet hem eerst besnijden, vanwege de Joden in die plaats. Want iedereen wist dat zijn vader een Griek was [ en dat hij dus niet besneden was, ook al was hij een Jood omdat zijn moeder Joods was ].