ខគម្ពីរពេញនិយមពី Lukas 18

ចែក​រំលែក

Jezus vertelde een parabel om duidelijk te maken dat ze voortdurend moesten bidden zonder op te geven.

Zou God dan geen recht verschaffen aan de mensen die Hij heeft uitverkoren wanneer ze dag en nacht tot Hem roepen, en zou Hij hen lang laten wachten? Ik zeg jullie dat Hij hun snel recht zal verschaffen. Maar zal de Mensenzoon geloof op aarde vinden wanneer Hij komt?”

Jezus antwoordde: “Wat bij de mensen onmogelijk is, is mogelijk bij God.”

Een tijdlang wilde hij niet, maar daarna dacht hij: ‘Ik heb geen ontzag voor God en geen respect voor de mensen, maar deze weduwe valt me zodanig lastig dat ik haar recht zal verschaffen. Anders blijft ze terugkomen totdat ik toegeef.’”

Ik verzeker jullie: wie Gods koninkrijk niet aanvaardt als een kind, zal het in geen geval binnengaan.”

Jezus riep de kinderen echter bij zich. Hij zei: “Laat de kinderen bij Mij komen en houd hen niet tegen, want Gods koninkrijk is bestemd voor wie is zoals zij.

Jezus zei tegen hem: “Zie! Je geloof heeft je genezen.”

Jezus vroeg hem: “Waarom noem je Mij goed? Behalve God is niemand goed.