1
Johannes 1:12
De Heilige Schrift, Petrus Canisiusvertaling, 1939
Maar aan allen, die Hem ontvingen, Gaf Hij de macht, Gods kinderen te worden: Aan allen, die in zijn Naam geloven
Lee anya n'etiti ihe abụọ
Nyochaa Johannes 1:12
2
Johannes 1:1
In het begin was het Woord; En het Woord was bij God, En het Woord was God
Nyochaa Johannes 1:1
3
Johannes 1:5
Het Licht schijnt in de duisternis, Maar de duisternis nam het niet aan.
Nyochaa Johannes 1:5
4
Johannes 1:14
Het Woord is vlees geworden, En heeft onder ons gewoond! En wij hebben zijn glorie aanschouwd: Een glorie als van den Eengeborene uit den Vader, Vol van genade en waarheid.
Nyochaa Johannes 1:14
5
Johannes 1:3-4
Alles is door Hem ontstaan; En zonder Hem is niets ontstaan. In wat bestond, was Hij het leven, En het Leven was het licht der mensen
Nyochaa Johannes 1:3-4
6
Johannes 1:29
Daags daarna zag hij Jesus tot zich komen; en hij zeide: Zie het Lam Gods, dat de zonde der wereld wegneemt.
Nyochaa Johannes 1:29
7
Johannes 1:10-11
Hij was in de wereld, En ofschoon de wereld door Hem was ontstaan, Erkende de wereld Hem niet. Hij kwam in zijn eigen bezit; Ook de zijnen ontvingen Hem niet.
Nyochaa Johannes 1:10-11
8
Johannes 1:9
Het waarachtige Licht, Dat alle mensen verlicht, Kwam in de wereld.
Nyochaa Johannes 1:9
9
Johannes 1:17
Zeker, de Wet is door Moses gegeven, Maar de genade en waarheid zijn door Jesus Christus gekomen.
Nyochaa Johannes 1:17
Ebe Mmepe Nke Mbụ Nke Ngwá
Akwụkwọ Nsọ
Atụmatụ Ihe Ogụgụ Gasị
Vidiyo Gasị