Psalmen 50:15-23
Psalmen 50:15-23 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
En roept Mij aan in den dag der benauwdheid; Ik zal er u uithelpen, en gij zult Mij eren. Maar tot den goddeloze zegt God: Wat hebt gij Mijn inzettingen te vertellen, en neemt Mijn verbond in uw mond? Dewijl gij de kastijding haat, en Mijn woorden achter u henenwerpt. Indien gij een dief ziet, zo loopt gij met hem; en uw deel is met de overspelers. Uw mond slaat gij in het kwade, en uw tong koppelt bedrog. Gij zit, gij spreekt tegen uw broeder; tegen den zoon uwer moeder geeft gij lastering uit. Deze dingen doet gij, en Ik zwijg; gij meent, dat Ik te enenmale ben, gelijk gij; Ik zal u straffen, en zal het ordentelijk voor uw ogen stellen. Verstaat dit toch, gij godvergetenden! opdat Ik niet verscheure en niemand redde. Wie dankoffert, die zal Mij eren; en wie zijn weg wel aanstelt, dien zal Ik Gods heil doen zien.
Psalmen 50:15-23 Herziene Statenvertaling (HSV)
Roep Mij aan in de dag van benauwdheid; Ik zal u eruit helpen en u zult Mij eren. Maar tegen de goddeloze zegt God: Hoe durft u over Mijn verordeningen te vertellen en Mijn verbond in uw mond te nemen? Want ú haat de vermaning en werpt Mijn woorden achter u weg. Ziet u een dief, dan loopt u met hem mee; en uw deel is met overspelers. Uw mond gebruikt u voor het kwaad, uw tong smeedt bedrog aan bedrog. U zit daar en spreekt kwaad tegen uw broeder, u werpt een smet op de zoon van uw moeder. Zulke dingen doet u en Ik zwijg; u denkt dat Ik net zo ben als u. Ik zal u straffen en uw zonden voor uw ogen uitstallen. Begrijp dit toch, u die God vergeet; anders verscheur Ik, en er is niemand die redt. Wie dank offert, zal Mij eren; wie de rechte weg gaat, zal Ik Gods heil doen zien.
Psalmen 50:15-23 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
roep Mij aan ten dage der benauwdheid, Ik zal u redden en gij zult Mij eren. sela Maar tot de goddeloze zegt God: Wat hebt gij mijn inzettingen op te tellen, en neemt mijn verbond in uw mond, hoewel gij de tucht haat, en mijn woorden achter u werpt? Indien gij een dief ziet, dan houdt gij het met hem, met overspelers is uw deel. Uw mond laat gij in boosheid gaan, uw tong koppelt bedrog aaneen; gij zit en spreekt tegen uw broeder, gij werpt smaad op de zoon van uw moeder. Dit hebt gij gedaan en Ik heb gezwegen; gij beeldt u in, dat Ik geheel en al ben als gij. Ik wil u berispen en het u onder het oog brengen. Verstaat dit toch, gij, die God vergeet, opdat Ik niet verscheure, zonder dat iemand redt. Wie lof offert, eert Mij, en baant de weg, dat Ik hem Gods heil doe zien.
Psalmen 50:15-23 Het Boek (HTB)
Roep Mij te hulp in moeilijke tijden, dan zal Ik u redden en u zult Mij loven en prijzen.’ Maar tegen de ongelovige zegt God: ‘Waarom bemoeit u zich met mijn wetten? Waarom spreekt u over mijn verbond? U bent immers alleen maar ongehoorzaam en laat mijn woord links liggen. U speelt onder één hoedje met de dieven, overspel is u niet vreemd. In uw drift slaat u de vreselijkste taal uit en met uw mond bedriegt u. U keert zich zelfs tegen uw eigen broer, u roddelt over uw moeders andere zoon. Terwijl u dit deed, zweeg Ik in alle talen. Nu verbeeldt u zich dat Ik met u ben en net zo denk als u. Ongelovige, die God vergeet, laat dit alles goed tot u doordringen, want anders zal Ik u vernietigen en kan niemand u meer redden. Wie Mij eert, brengt het ware offer. Aan wie die weg gaat zal Ik laten zien wat mijn heil inhoudt.’
Psalmen 50:15-23 BasisBijbel, de bijbel in makkelijk Nederlands (BB)
Roep Mij om hulp als jullie in moeilijkheden zijn. Dan zal Ik jullie redden en jullie zullen Mij danken." Maar tegen de mensen die zich niets van Hem aantrekken, zegt God: "Hoe durven jullie over mijn wetten te praten? Hoe durven jullie het te hebben over mijn verbond? Jullie trekken je niets aan van mijn waarschuwingen. Jullie doen niets met wat Ik zeg! Jullie werken samen met dieven. Jullie zijn bevriend met mensen die niet trouw zijn aan hun man of vrouw. Jullie liegen en bedriegen. Jullie vertellen de ene leugen na de andere. Over je eigen broers vertellen jullie lelijke dingen rond. Jullie beledigen de zonen van je eigen moeder! Dit hebben jullie allemaal gedaan, en Ik heb er niets van gezegd. Daardoor denken jullie dat Ik net zo oneerlijk ben als jullie. Maar nu zal Ik jullie ervoor straffen. Ik zal jullie laten zien hoe slecht jullie zijn. Jullie zijn Mij vergeten. Maar luister nu naar Mij. Anders zal Ik jullie verscheuren als een leeuw en niemand zal jullie kunnen redden. Alleen door Mij je dankbaarheid te tonen, eer je Mij. Alleen dan maak je de weg vrij zodat Ik je kan komen redden."