Spreuken 28:13-14
Spreuken 28:13-14 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
Die zijn overtredingen bedekt, zal niet voorspoedig zijn; maar die ze bekent en laat, zal barmhartigheid verkrijgen. Welgelukzalig is de mens, die geduriglijk vreest; maar die zijn hart verhardt, zal in het kwaad vallen.
Spreuken 28:13-14 Herziene Statenvertaling (HSV)
Wie zijn overtredingen bedekt, zal niet voorspoedig zijn, maar wie ze belijdt en nalaat, zal barmhartigheid verkrijgen. Welzalig is een mens die voortdurend diep ontzag heeft voor de HEERE, maar wie zijn hart verhardt, valt in het kwaad.
Spreuken 28:13-14 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Wie zijn overtredingen bedekt, zal niet voorspoedig zijn; maar wie ze belijdt en nalaat, die vindt ontferming. Welzalig de mens die gedurig vreest, maar wie zijn hart verhardt, valt in het onheil.
Spreuken 28:13-14 Het Boek (HTB)
Wie niet voor zijn zonden uitkomt, kent geen voorspoed, maar wie ze belijdt en zijn leven betert, kan rekenen op liefde en genade. Gelukkig is hij die ontzag heeft voor de HERE, maar wie opstandig blijft, wordt in het verderf gestort.
Spreuken 28:13-14 BasisBijbel (BB)
Als je nooit je fouten toegeeft, zal het niet goed met je gaan. Maar als je ze hardop toegeeft en ze niet meer doet, zul je vergeving krijgen. Het zal heerlijk voor je zijn als je altijd diep ontzag voor God hebt. Maar als je koppig en ongehoorzaam aan Hem bent, loopt het slecht met je af.