Marcus 1:16-18
Marcus 1:16-18 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
En wandelende bij de Galilese zee, zag Hij Simon en Andréas, zijn broeder, werpende het net in de zee (want zij waren vissers); En Jezus zeide tot hen: Volgt Mij na, en Ik zal maken, dat gij vissers der mensen zult worden. En zij, terstond hun netten verlatende, zijn Hem gevolgd.
Marcus 1:16-18 Herziene Statenvertaling (HSV)
En toen Hij bij de zee van Galilea wandelde, zag Hij Simon en Andreas, zijn broer, het net in de zee werpen, want zij waren vissers. En Jezus zei tegen hen: Kom achter Mij aan, en Ik zal maken dat u vissers van mensen wordt. En zij lieten meteen hun netten achter en volgden Hem.
Marcus 1:16-18 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
En toen Hij langs de zee van Galilea ging, zag Hij Simon en Andreas, de broeder van Simon, in de zee staan en het net uitwerpen, want zij waren vissers. En Jezus zeide tot hen: Komt achter Mij en Ik zal maken, dat gij vissers van mensen wordt. En zij lieten terstond hun netten liggen en volgden Hem.
Marcus 1:16-18 Het Boek (HTB)
Toen Jezus op een dag langs het meer van Galilea liep, zag Hij twee vissers, Simon en zijn broer Andreas. Zij waren bezig hun netten uit te werpen in het meer. Hij zei tegen hen: ‘Ga met Mij mee! Dan zal Ik van jullie vissers maken die mensen bij Mij brengen.’ Zij lieten hun netten liggen en gingen onmiddellijk met Hem mee.
Marcus 1:16-18 BasisBijbel, de bijbel in makkelijk Nederlands (BB)
Op een keer liep Jezus langs het meer van Galilea. Daar zag Hij de broers Simon en Andreas. Ze gooiden een visnet uit in het water, want ze waren vissers. Jezus zei tegen hen: "Volg Mij. Dan maak Ik van jullie vissers van mensen." Ze lieten onmiddellijk hun netten liggen en gingen met Hem mee.