Mattheüs 23:23-39
Mattheüs 23:23-39 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
Wee u, gij Schriftgeleerden en Farizeën, gij geveinsden, want gij vertient de munte, en de dille, en den komijn, en gij laat na het zwaarste der wet, namelijk het oordeel, en de barmhartigheid, en het geloof. Deze dingen moest men doen, en de andere niet nalaten. Gij blinde leidslieden, die de mug uitzijgt, en den kemel doorzwelgt. Wee u, gij Schriftgeleerden en Farizeën, gij geveinsden, want gij reinigt het buitenste des drinkbekers, en des schotels, maar van binnen zijn zij vol van roof en onmatigheid. Gij blinde Farizeër, reinig eerst wat binnen in den drinkbeker en den schotel is, opdat ook het buitenste derzelve rein worde. Wee u, gij Schriftgeleerden en Farizeën, gij geveinsden, want gij zijt den witgepleisterden graven gelijk, die van buiten wel schoon schijnen, maar van binnen zijn zij vol doodsbeenderen en alle onreinigheid. Alzo ook schijnt gij wel den mensen van buiten rechtvaardig, maar van binnen zijt gij vol geveinsdheid en ongerechtigheid. Wee u, gij Schriftgeleerden en Farizeën, gij geveinsden, want gij bouwt de graven der profeten op, en versiert de graftekenen der rechtvaardigen; En zegt: Indien wij in de tijden onzer vaderen waren geweest, wij zouden met hen geen gemeenschap gehad hebben aan het bloed der profeten. Aldus getuigt gij tegen uzelven, dat gij kinderen zijt dergenen, die de profeten gedood hebben. Gij dan ook, vervult de mate uwer vaderen! Gij slangen, gij adderengebroedsels! hoe zoudt gij de helse verdoemenis ontvlieden? Daarom ziet, Ik zende tot u profeten, en wijzen, en schriftgeleerden, en uit dezelve zult gij sommigen doden en kruisigen, en sommigen uit dezelve zult gij geselen in uw synagogen, en zult hen vervolgen van stad tot stad; Opdat op u kome al het rechtvaardige bloed, dat vergoten is op de aarde, van het bloed des rechtvaardigen Abels af, tot op het bloed van Zacharia, den zoon van Barachia, welken gij gedood hebt tussen den tempel en het altaar. Voorwaar zeg Ik u: Al deze dingen zullen komen over dit geslacht. Jeruzalem, Jeruzalem! gij, die de profeten doodt, en stenigt, die tot u gezonden zijn! hoe menigmaal heb Ik uw kinderen willen bijeenvergaderen, gelijkerwijs een hen haar kiekens bijeenvergadert onder de vleugelen; en gijlieden hebt niet gewild. Ziet, uw huis wordt u woest gelaten. Want Ik zeg u: Gij zult Mij van nu aan niet zien, totdat gij zeggen zult: Gezegend is Hij, Die komt in den Naam des Heeren!
Mattheüs 23:23-39 Herziene Statenvertaling (HSV)
Wee u, schriftgeleerden en Farizeeën, huichelaars, want u geeft tienden van de munt, de dille en de komijn, en u laat het belangrijkste van de Wet na: het recht, en de barmhartigheid en het geloof. Deze dingen zou men moeten doen en die andere dingen niet nalaten. Blinde leiders, die de mug uitzift maar de kameel doorslikt. Wee u, schriftgeleerden en Farizeeën, huichelaars, want u reinigt de buitenkant van de drinkbeker en van de schotel, maar vanbinnen zijn ze vol van roofzucht en onmatigheid. Blinde Farizeeër, reinig eerst de binnenkant van de drinkbeker en de schotel, zodat ook de buitenkant daarvan rein wordt. Wee u, schriftgeleerden en Farizeeën, huichelaars, want u bent als de witgepleisterde graven, die vanbuiten wel mooi lijken, maar vanbinnen zijn ze vol doodsbeenderen en allerlei onreinheid. Zo lijkt u ook wel vanbuiten rechtvaardig voor de mensen, maar vanbinnen bent u vol huichelarij en wetteloosheid. Wee u, schriftgeleerden en Farizeeën, huichelaars, want u bouwt de graven voor de profeten en versiert de grafmonumenten van de rechtvaardigen, en u zegt: Als wij in de tijd van onze vaderen hadden geleefd, hadden wij niet met hen meegewerkt om het bloed van de profeten te vergieten. Aldus getuigt u tegen uzelf, dat u kinderen bent van hen die de profeten gedood hebben. Maakt ook u dan de maat van uw vaderen vol! Slangen, adderengebroed, hoe zou u aan de veroordeling tot de hel ontkomen? Daarom zie, Ik zend profeten, wijzen en schriftgeleerden naar u toe, en sommigen van hen zult u doden en kruisigen, en sommigen van hen zult u geselen in uw synagogen, en u zult hen vervolgen van stad tot stad, opdat over u al het rechtvaardige bloed zal komen dat vergoten is op de aarde, vanaf het bloed van de rechtvaardige Abel tot het bloed van Zacharia, de zoon van Berechja, die u gedood hebt tussen de tempel en het altaar. Voorwaar, Ik zeg u: Al deze dingen zullen komen over dit geslacht. Jeruzalem, Jeruzalem, u die de profeten doodt en stenigt wie naar u toe gezonden zijn! Hoe vaak heb Ik uw kinderen bijeen willen brengen, op de wijze waarop een hen haar kuikens bijeenbrengt onder haar vleugels; maar u hebt niet gewild! Zie, uw huis wordt als een woestenij voor u achtergelaten. Want Ik zeg u: U zult Mij van nu af aan niet zien, totdat u zegt: Gezegend is Hij Die komt in de Naam van de Heere!
Mattheüs 23:23-39 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Wee u, schriftgeleerden en Farizeeën, gij huichelaars, want gij geeft tienden van de munt, de dille en de komijn en gij hebt het gewichtigste van de wet verwaarloosd: het oordeel en de barmhartigheid en de trouw. Dit moest men doen en het andere niet nalaten. Gij blinde wegwijzers, die de mug uitzift, maar de kameel doorzwelgt. Wee u, schriftgeleerden en Farizeeën, gij huichelaars, want gij reinigt de buitenzijde van de beker en van de schotel, maar van binnen zijn zij vol roof en onmatigheid. Gij blinde Farizeeër, reinig eerst de inhoud van de beker; dan zal hij ook van buiten rein worden. Wee u, schriftgeleerden en Farizeeën, gij huichelaars, want gij gelijkt op gewitte graven, die van buiten wel schoon schijnen, maar van binnen vol zijn van doodsbeenderen en allerlei onreinheid. Zo ook gij, van buiten schijnt gij de mensen wel rechtvaardig, doch van binnen zijt gij vol huichelarij en wetsverachting. Wee u, schriftgeleerden en Farizeeën, gij huichelaars, want gij bouwt de grafsteden der profeten en verfraait de gedenktekenen der rechtvaardigen, en gij zegt: Indien wij geleefd hadden in de dagen onzer vaderen, zouden wij met hen geen gemene zaak gemaakt hebben ten opzichte van het bloed der profeten. Gij getuigt dus van uzelf, dat gij zonen zijt van de moordenaars der profeten. Maakt ook gij de maat uwer vaderen vol! Slangen, adderengebroed, hoe zult gij ontkomen aan het oordeel der hel? Daarom, zie, Ik zend tot u profeten en wijzen en schriftgeleerden. Van hen zult gij sommigen doden en kruisigen en van hen zult gij anderen geselen in uw synagogen en vervolgen van stad tot stad, opdat over u kome al het rechtvaardige bloed, dat vergoten werd op de aarde, van het bloed van Abel, de rechtvaardige, tot het bloed van Zacharias, de zoon van Berekja, die gij vermoord hebt tussen het tempelhuis en het altaar. Voorwaar, Ik zeg u: Al deze dingen zullen komen over dit geslacht. Jeruzalem, Jeruzalem, dat de profeten doodt, en stenigt, wie tot u gezonden zijn, hoe dikwijls heb Ik uw kinderen willen vergaderen, gelijk een hen haar kuikens onder haar vleugels vergadert, en gij hebt niet gewild. Zie, uw huis wordt aan u overgelaten. Want Ik zeg u, gij zult Mij van nu aan niet meer zien, totdat gij zegt: Gezegend Hij, die komt in de naam des Heren!
Mattheüs 23:23-39 Het Boek (HTB)
Bijbelgeleerden en Farizeeën! Het ziet er voor u slecht uit! Huichelaars, u geeft tien procent van wat u heeft aan munt en andere kruiden aan de tempel, maar waar het op aankomt, goedheid, medelijden en trouw, daar houdt u zich niet mee bezig. U moet het ene doen en het andere niet nalaten. Jullie zijn blinde leiders en zeven de wijn om er een mug uit te halen. Maar een kameel slikt u door. Bijbelgeleerden en Farizeeën! Het ziet er voor u slecht uit! Huichelaars, u maakt de bekers en schotels van buiten schoon, maar ziet niet dat ze van binnen vol roof en hebzucht zitten. Blinde Farizeeën! Maak eerst de binnenkant van de beker schoon. Dan zal ook de buitenkant schoon worden. Bijbelgeleerden en Farizeeën! Het ziet er voor u slecht uit! Huichelaars, jullie lijken op witgekalkte graven, die er van buiten mooi uitzien, maar van binnen vol doodsbeenderen en bederf zitten. U doet u heel vroom en oprecht voor, maar in uw hart bent u huichelachtig en slecht. Bijbelgeleerden en Farizeeën, het ziet er voor u slecht uit! Huichelaars! U bouwt monumenten voor de profeten die door uw voorouders om het leven zijn gebracht. U legt bloemen op de graven van goede, onschuldige mensen en zegt: “Als wij toen hadden geleefd, zouden wij de profeten nooit hebben vermoord.” U erkent dus dat u zonen bent van hen die de profeten hebben vermoord. Maak de maat maar vol. Stelletje sluwe slangen! Hoe zult u aan het vreselijke oordeel van de hel ontkomen? Ik zal profeten, wijze mannen en bijbelgeleerden naar u toesturen. U zult sommigen van hen vermoorden door hen aan een kruis te spijkeren. Anderen zult u in de synagogen afranselen en van stad tot stad vervolgen. Daardoor maakt u zich schuldig aan de dood van al de onschuldige en gelovige mensen die werden vermoord, van de onschuldige Abel tot Zacharia, de zoon van Berechja, die werd vermoord tussen het tempelhuis en het altaar. Ja, Ik verzeker u: het oordeel over al het kwaad van vroeger zal op het hoofd van deze generatie neerkomen. Jeruzalem, Jeruzalem! Stad die de profeten vermoordt en de mannen die naar haar zijn toegestuurd, dood gooit met stenen! Hoe vaak heb Ik uw kinderen bij elkaar willen brengen, zoals een hen haar kuikens onder haar vleugels bijeenbrengt. Maar u hebt het niet gewild! Let op: uw huis wordt aan zijn lot overgelaten. Want u zult Mij van nu af aan niet meer zien, tot de dag dat u zult zeggen: “Gelukkig is Hij die namens de Here komt”.’
Mattheüs 23:23-39 BasisBijbel, de bijbel in makkelijk Nederlands (BB)
Pas maar op, wetgeleerden en Farizeeërs! Het zal slecht met jullie aflopen! Jullie zijn zó schijnheilig! Jullie geven keurig een tiende deel van de pepermuntblaadjes, de dille en de komijnezaadjes aan God. Maar jullie doen niet wat het belangrijkste is van de wet van Mozes: dat jullie rechtvaardig, goed en trouw moeten zijn. Jullie moeten niet alleen het één doen, maar ook het andere. Jullie zijn blinde leiders! Jullie spugen een mug uit, maar slikken een kameel door! Pas maar op, wetgeleerden en Farizeeërs! Het zal slecht met jullie aflopen! Jullie zijn zó schijnheilig! Jullie maken bekers en borden aan de buitenkant netjes schoon. Maar aan de binnenkant zitten ze vol diefstal en egoïsme! Blinde Farizeeërs! Maak eerst de inhoud van de bekers en borden schoon. Dan zal de buitenkant vanzelf ook schoon zijn. Pas maar op, wetgeleerden en Farizeeërs! Het zal slecht met jullie aflopen! Jullie zijn zó schijnheilig! Jullie zijn net wit geverfde graven. Van buiten zien die er prachtig uit, maar van binnen zitten ze vol dode botten en viezigheid. Zo zijn jullie ook. Als de mensen jullie zien, denken ze dat jullie goede mensen zijn. Maar van binnen zitten jullie vol schijnheiligheid en slechtheid. Pas maar op, wetgeleerden en Farizeeërs! Het zal slecht met jullie aflopen! Want jullie bouwen prachtige graven voor de profeten van vroeger. En jullie maken mooie monumenten voor gestorven goede mensen. En jullie zeggen: 'Als wij in de tijd van onze voorouders hadden geleefd, zouden we niet met hen meegedaan hebben toen ze de profeten doodden.' Jullie geven dus zelf toe dat jullie zonen zijn van de moordenaars van de profeten. En jullie zijn net zo erg als zij! Jullie zijn achterbaks en slecht! Denken jullie dat jullie kunnen ontsnappen aan jullie straf in de hel? Vanwege de dingen die jullie doen, stuur Ik profeten en wijze mannen en wetgeleerden naar jullie toe. Maar jullie zullen sommigen daarvan doden en zelfs kruisigen. En anderen zullen jullie zweepslagen geven in jullie synagogen. En jullie zullen hen van stad tot stad vervolgen. Maar jullie zullen worden gestraft voor het bloed van al de onschuldige mensen die werden vermoord, vanaf de rechtvaardige Abel tot aan Zacharia (de zoon van Berechja) die jullie in de tempel hebben vermoord tussen het tempelhuis en het altaar. Luister goed! Ik zeg jullie dat jullie allemaal voor al die dingen zullen worden gestraft. Jeruzalem, Jeruzalem! Jij vermoordt de profeten. Je gooit met stenen de mensen dood die naar jou zijn toe gestuurd. Ik heb zó vaak je bewoners bij Mij willen verzamelen, zoals een kip haar kuikens onder haar vleugels verzamelt. Maar je wilde nooit. Daarom zal je huis leeg komen te staan. Want Ik zeg je: je zal Mij vanaf nu niet meer zien, totdat je zegt: 'Gods zegen op Hem die door de Heer is gestuurd!' "