Lucas 18:18-30

Lucas 18:18-30 Het Boek (HTB)

Een vooraanstaande Jood kwam bij Hem met de vraag: ‘Goede Meester, wat moet ik doen om het eeuwige leven te krijgen?’ ‘Beseft u wel wat u zegt, als u Mij goed noemt?’ vroeg Jezus. ‘Er is toch niemand goed behalve God? En wat uw vraag betreft, u weet best wat u moet doen. U mag geen overspel plegen. U mag niemand doodslaan. U mag niet stelen. U mag anderen niet vals beschuldigen. Heb eerbied voor uw vader en moeder.’ De man antwoordde: ‘Van jongs af aan heb ik mij aan al die voorschriften gehouden.’ ‘Toch is er iets dat u nog niet hebt gedaan,’ zei Jezus. ‘Verkoop alles wat u hebt en geef het geld aan de armen. Daardoor krijgt u een schat in de hemel. Kom daarna terug en ga met Mij mee.’ Toen de man dat hoorde, ging hij heel verdrietig weg, want hij was erg rijk. Jezus keek hem na en zei: ‘Wat is het voor rijke mensen moeilijk om in het Koninkrijk van God te komen! Het is voor een kameel gemakkelijker om door het oog van een naald te gaan, dan voor een rijke om het Koninkrijk van God binnen te gaan.’ ‘Maar wie kan dan wel gered worden?’ vroegen de mensen die het hadden gehoord. Hij antwoordde: ‘Wat bij de mensen niet kan, kan wel bij God.’ Petrus zei: ‘U weet dat wij alles hebben verlaten om U te volgen.’ ‘Ja,’ antwoordde Jezus. ‘En wie huis, vrouw, broers, ouders of kinderen verlaat ter wille van het Koninkrijk van God, zal nu al vele malen meer terugkrijgen. En in de toekomst krijgt hij het eeuwige leven.’

Lucas 18:18-30 BasisBijbel, de bijbel in makkelijk Nederlands (BB)

Een [ rijk, ] belangrijk man vroeg aan Jezus: "Goede Meester, wat moet ik doen om het eeuwige leven te krijgen?" Jezus zei tegen hem: "Waarom noem je Mij 'goed'? Er is er maar Eén die goed is, en dat is God. Je kent de leefregels van de wet [ van Mozes ]: 'Wees trouw aan je vrouw, dood niemand, steel niet, vertel geen leugens over anderen, heb respect voor je vader en moeder [ en zorg voor hen ].' " De man zei tegen Hem: "Daar heb ik me mijn hele leven aan gehouden." Toen Jezus dat hoorde, zei Hij: "Je moet nog één ding doen: verkoop alles wat je hebt en geef het geld aan de arme mensen. Dan zul je een schat in de hemel hebben. Kom daarna hier en volg Mij." Toen de man dat hoorde, werd hij erg verdrietig. Want hij was heel erg rijk. Jezus zag dat de man verdrietig was geworden. En Hij zei: "Wat is het voor rijke mensen toch moeilijk om het Koninkrijk van God binnen te gaan. Het is gemakkelijker voor een kameel om door het oog van een naald te kruipen, dan voor een rijk mens om het Koninkrijk van God binnen te gaan." De mensen die dit hoorden, zeiden tegen Hem: "Maar wie kan dán gered worden?" Hij zei tegen hen: "Wat voor mensen niet mogelijk is, is voor God wél mogelijk." Toen zei Petrus: "Heer, wij hebben alles achtergelaten wat we hadden en zijn U gevolgd." Jezus zei tegen hen: "Luister goed! Ik zeg jullie: als je je huis of vrouw of broers of ouders of kinderen verlaat voor het Koninkrijk van God, zul je er heel veel andere voor terug krijgen in deze wereld. En in de wereld die nog komt krijg je het eeuwige leven."