Lucas 15:11-13
Lucas 15:11-13 Herziene Statenvertaling (HSV)
En Hij zei: Een zeker mens had twee zonen. En de jongste van hen zei tegen zijn vader: Vader, geef mij het deel van de goederen dat mij toekomt. En hij verdeelde zijn vermogen onder hen. En niet veel dagen daarna maakte de jongste zoon alles te gelde en reisde weg naar een ver land en verkwistte daar zijn vermogen in een losbandig leven.
Lucas 15:11-13 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
En Hij zeide: Een zeker mens had twee zonen. En de jongste van hen zeide tot den vader: Vader, geef mij het deel des goeds, dat mij toekomt. En hij deelde hun het goed. En niet vele dagen daarna, de jongste zoon, alles bijeenvergaderd hebbende, is weggereisd in een vergelegen land, en heeft aldaar zijn goed doorgebracht, levende overdadiglijk.
Lucas 15:11-13 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
En Hij zeide: Iemand had twee zonen. De jongste van hen zeide tot zijn vader: Vader, geef mij het deel van ons vermogen, dat mij toekomt. En hij verdeelde het bezit onder hen. En weinige dagen later maakte de jongste zoon alles te gelde en ging op reis naar een ver land, waar hij zijn vermogen verkwistte in een leven van overdaad.
Lucas 15:11-13 Het Boek (HTB)
Jezus vertelde nog een gelijkenis. ‘Een man had twee zonen. Op een dag zei de jongste: “Vader, ik wil mijn deel van de erfenis nu al hebben.” De vader verdeelde zijn bezit tussen zijn twee zonen. Een paar dagen later pakte de jongste zoon zijn bezittingen en ging op reis naar een ver land. Daar verbraste hij zijn hele hebben en houden.
Lucas 15:11-13 BasisBijbel, de bijbel in makkelijk Nederlands (BB)
Verder vertelde Jezus: "Iemand had twee zonen. De jongste van de twee zei tegen zijn vader: 'Vader, geef mij nu alvast het deel van de erfenis dat later voor mij zal zijn.' Toen verdeelde de vader alles wat hij had tussen zijn twee zonen. Een paar dagen later verkocht de jongste zoon zijn deel van de erfenis en ging met het geld naar een ver land. Daar maakte hij zijn geld op door een rijk en lui leventje te leiden.