Jozua 6:1-9

Jozua 6:1-9 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)

(Jericho nu sloot de poorten toe, en was gesloten, voor het aangezicht van de kinderen Israëls; er ging niemand uit, en er ging niemand in.) Toen zeide de HEERE tot Jozua: Zie, Ik heb Jericho met haar koning en strijdbare helden in uw hand gegeven. Gij dan allen, die krijgslieden zijt, zult rondom de stad gaan, de stad omringende eenmaal; alzo zult gij doen zes dagen lang. En zeven priesters zullen zeven ramsbazuinen dragen, voor de ark; en gijlieden zult op den zevenden dag de stad zevenmaal omgaan; en de priesters zullen met de bazuinen blazen. En het zal geschieden, als men langzaam met den ramshoorn blaast, als gijlieden het geluid der bazuin hoort, zo zal al het volk juichen met een groot gejuich; dan zal de stadsmuur onder zich vallen, en het volk zal daarin klimmen, een iegelijk tegenover zich. Toen riep Jozua, de zoon van Nun, de priesters, en zeide tot hen: Draagt de ark des verbonds, en dat zeven priesters zeven ramsbazuinen dragen, voor de ark des HEEREN. En tot het volk zeide hij: Trekt door en gaat rondom deze stad; en wie toegerust is, die ga door voor de ark des HEEREN. En het geschiedde, gelijk Jozua tot het volk gesproken had, zo gingen de zeven priesters, dragende zeven ramsbazuinen, voor het aangezicht des HEEREN; zij trokken door en bliezen met de bazuinen; en de ark des verbonds des HEEREN volgde hen na; En wie toegerust was, ging voor het aangezicht der priesteren, die de bazuinen bliezen; en de achtertocht volgde de ark na, terwijl men ging en blies met de bazuinen.

Jozua 6:1-9 Herziene Statenvertaling (HSV)

Jericho was volkomen gesloten vanwege de Israëlieten: er ging niemand uit en er ging niemand in. Toen zei de HEERE tegen Jozua: Zie, Ik heb Jericho met zijn koning en zijn strijdbare helden in uw hand gegeven. U, alle strijdbare mannen, moet rondom de stad gaan, de stad één keer rondtrekken. Zo moet u zes dagen doen. Zeven priesters moeten voor de ark uit zeven ramsbazuinen dragen. En u moet op de zevende dag zeven keer rondom de stad gaan, en de priesters moeten op de bazuinen blazen. En het zal gebeuren, als men de langgerekte toon op de ramshoorn blaast, als u het bazuingeschal hoort, dat heel het volk een luid gejuich zal aanheffen. Dan zal de stadsmuur instorten en het volk moet eroverheen klimmen, ieder recht voor zich uit. Toen riep Jozua, de zoon van Nun, de priesters en zei tegen hen: Draag de ark van het verbond, en laat zeven priesters zeven ramsbazuinen dragen, voor de ark van de HEERE uit. En tegen het volk zei hij: Trek verder en ga rondom de stad, en wie toegerust is voor de strijd, moet voor de ark van de HEERE uit trekken. En het gebeurde zoals Jozua tot het volk gesproken had. De zeven priesters die de zeven ramsbazuinen droegen, trokken voor het aangezicht van de HEERE uit en bliezen op de bazuinen, en de ark van het verbond van de HEERE kwam achter hen aan. Wie toegerust was voor de strijd, ging voor de priesters uit die de bazuinen bliezen, en de achterhoede kwam achter de ark aan, terwijl men al lopend op de bazuinen blies.