Johannes 3:29-30
Johannes 3:29-30 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
Die de bruid heeft, is de bruidegom, maar de vriend des bruidegoms, die staat en hem hoort, verblijdt zich met blijdschap om de stem des bruidegoms. Zo is dan deze mijn blijdschap vervuld geworden. Hij moet wassen, maar ik minder worden.
Johannes 3:29-30 Herziene Statenvertaling (HSV)
Wie de bruid heeft, is de Bruidegom, maar de vriend van de Bruidegom, die erbij staat en hem hoort, verblijdt zich zeer over de stem van de Bruidegom. Deze blijdschap van mij nu is volkomen geworden. Hij moet meer worden, maar ik minder.
Johannes 3:29-30 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Die de bruid heeft, is de bruidegom; maar de vriend van de bruidegom, die erbij staat en naar hem luistert, verblijdt zich met blijdschap over de stem van de bruidegom. Zo is dan deze mijn blijdschap vervuld. Hij moet wassen, ik moet minder worden.
Johannes 3:29-30 Het Boek (HTB)
Wie de bruid krijgt, is de bruidegom. De vriend van de bruidegom hoort hem en is blij als hij de stem van de bruidegom hoort. Daarom ben ik blij als de mensen naar Hem toegaan. Hij moet groter worden en ik steeds kleiner.
Johannes 3:29-30 BasisBijbel, de bijbel in makkelijk Nederlands (BB)
De bruid hoort bij de bruidegom. Maar de vriend van de bruidegom is óók blij. Hij staat bij de bruidegom en is blij over wat hij hem hoort zeggen. Daarom ben ik ook heel erg blij. Híj moet steeds belangrijker worden, en ík moet steeds minder belangrijk worden.