Jeremia 47:1-2
Jeremia 47:1-2 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
Het woord des HEEREN, dat tot den profeet Jeremia geschiedde, tegen de Filistijnen; eer dat Farao Gaza sloeg. Zo zegt de HEERE: Ziet, wateren komen op van het noorden, en zullen worden tot een overlopende beek, en overlopen het land en de volheid van hetzelve, de stad en die daarin wonen; en de mensen zullen schreeuwen, en al de inwoners des lands zullen huilen
Jeremia 47:1-2 Herziene Statenvertaling (HSV)
Het woord van de HEERE dat tot de profeet Jeremia kwam, tegen de Filistijnen, voordat de farao Gaza versloeg. Zo zegt de HEERE
Jeremia 47:1-2 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Hetgeen als woord des HEREN tot de profeet Jeremia kwam over de Filistijnen, voordat Farao Gaza innam. Zo zegt de HERE: Zie, wateren komen opzetten uit het Noorden en worden tot een overstromende beek; ja, zij overstromen het land met al wat zich erop bevindt, de stad met inwoners en al, zodat de mensen schreeuwen en al de bewoners van het land jammeren
Jeremia 47:1-2 Het Boek (HTB)
DE FILISTIJNEN Dit is de boodschap van de HERE aan Jeremia over de Filistijnen, voordat de stad Gaza werd ingenomen door de Egyptenaren. De HERE zegt: ‘Een vloed komt uit het noorden opzetten om het land van de Filistijnen te overstromen, hij zal hun steden en alles en iedereen die zich daar bevindt, verwoesten. De mensen zullen schreeuwen van angst en het hele land zal huilen.
Jeremia 47:1-2 BasisBijbel (BB)
Dit is wat de Heer tegen mij zei over de Filistijnen, voordat de koning van Egypte Gaza veroverde. Dit zegt de Heer: "Er komt een groot leger uit het noorden. Een leger zo groot en sterk als een rivier die alles overspoelt, steden en mensen. De mensen schreeuwen het uit.