Jesaja 14:12-17
Jesaja 14:12-17 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
Hoe zijt gij uit den hemel gevallen, o morgenster, gij zoon des dageraads! hoe zijt gij ter aarde nedergehouwen, gij, die de heidenen krenktet! En zeidet in uw hart: Ik zal ten hemel opklimmen, ik zal mijn troon boven de sterren Gods verhogen; en ik zal mij zetten op den berg der samenkomst aan de zijden van het noorden. Ik zal boven de hoogten der wolken klimmen, ik zal den Allerhoogste gelijk worden. Ja, in de hel zult gij nedergestoten worden, aan de zijden van den kuil! Die u zien zullen, zullen u aanschouwen, zij zullen op u letten, en zeggen: Is dat die man, die de aarde beroerde, die de koninkrijken deed beven? Die de wereld als een woestijn stelde, en derzelver steden verstoorde, die zijn gevangenen niet liet los gaan naar huis toe?
Jesaja 14:12-17 Herziene Statenvertaling (HSV)
Hoe bent u uit de hemel gevallen, morgenster, zoon van de dageraad! U ligt geveld op de aarde, overwinnaar over de heidenvolken! En ú zei in uw hart: Ik zal opstijgen naar de hemel; tot boven Gods sterren zal ik mijn troon verheffen, ik zal zetelen op de berg van de ontmoeting aan de noordzijde. Ik zal opstijgen boven de wolkenhoogten, ik zal mij gelijkstellen met de Allerhoogste. Echter, u bent in het rijk van de dood neergestort, in het diepst van de kuil! Wie u zien, kijken u aan en letten op u: Is dit nu die man die de aarde deed sidderen, die koninkrijken deed beven, die van de wereld een woestijn maakte, haar steden met de grond gelijkmaakte, zijn gevangenen niet losliet om naar huis te gaan?
Jesaja 14:12-17 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Hoe zijt gij uit de hemel gevallen, gij morgenster, zoon des dageraads; hoe zijt gij ter aarde geveld, overweldiger der volken! En gij overlegdet nog wel: Ik zal ten hemel opstijgen, boven de sterren Gods mijn troon oprichten en zetelen op de berg der samenkomst ver in het noorden; ik wil opstijgen boven de hoogten der wolken, mij aan de Allerhoogste gelijkstellen. Integendeel, in het dodenrijk wordt gij neergeworpen, in het diepste der groeve. Wie u zien, beschouwen u, letten op u: Is dit de man, die de aarde deed sidderen, die koninkrijken deed beven; die de wereld tot een woestijn maakte en haar steden afbrak; die zijn gevangenen niet naar huis liet keren?
Jesaja 14:12-17 Het Boek (HTB)
U bent nu uit de hemel gevallen, morgenster, zoon van de dageraad! U bent op de aarde neergeveld, hoewel u vele volkeren op aarde overwon. Want u zei bij uzelf: ‘Ik zal de hemel bestormen en hoger dan de sterren heersen. Ik zal de hoogste troon bestijgen. Ik zal zetelen op de berg van de samenkomst, ver weg in het noorden. Ik zal opklimmen tot in de hoogste hemelen en gelijk zijn aan de Allerhoogste.’ Maar in plaats daarvan zult u in het diepst van het dodenrijk worden geworpen. Allen die zich daar bevinden, zullen u aanstaren en vragen: ‘Kan dit degene zijn die de aarde en de koninkrijken van de wereld op hun fundamenten deed schudden? Kan dit degene zijn die de wereld in een woestijn herschiep, die steden met de grond gelijk maakte en niet het minste medelijden had met zijn gevangenen?’
Jesaja 14:12-17 BasisBijbel, de bijbel in makkelijk Nederlands (BB)
Morgenster, zoon van het ochtendlicht, wat ben je diep gevallen! Jij die over de volken heerste, bent neergeslagen. En je dacht nog wel: 'Ik zal opstijgen naar de hemel, en hoog boven de sterren van God mijn troon neerzetten. Ik zal op mijn troon zitten op de berg waar de engelen voor de troon van God samenkomen, ver in het noorden. Ik zal hoog boven de wolken op mijn troon zitten. Ik zal net zo machtig zijn als de Allerhoogste God.' Maar wat is er van je geworden? Je bent in het dodenrijk neergestort, in het diepst van de aarde! Wie jou nu zien, kijken verbaasd naar je. Ze denken: 'Is dit nu de man voor wie de hele wereld bang was? Is dit de man voor wie de koningen beefden? Die de wereld veranderde in een wildernis? Die alle steden verwoestte? Die nooit een gevangene naar huis terug liet gaan?'