Exodus 28:1-2
Exodus 28:1-2 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
Daarna zult gij uw broeder Aäron, en zijn zonen met hem, tot u doen naderen uit het midden der kinderen Israëls, om Mij het priesterambt te bedienen: namelijk Aäron, Nadab en Abihu, Eleazar en Ithamar, de zonen van Aäron. En gij zult voor uw broeder Aäron heilige klederen maken, tot heerlijkheid en tot sieraad.
Exodus 28:1-2 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Gij dan, doe tot u naderen uw broeder Aäron, en zijn zonen met hem, uit het midden der Israëlieten, om voor Mij het priesterambt te bekleden: Aäron, Nadab en Abihu, Eleazar en Itamar, de zonen van Aäron. Gij zult heilige klederen maken voor uw broeder Aäron, tot een prachtig sieraad.
Exodus 28:1-2 Herziene Statenvertaling (HSV)
Wat u betreft, laat uw broer Aäron en zijn zonen die bij hem zijn, bij u komen uit het midden van de Israëlieten om Mij als priester te dienen: Aäron, Nadab en Abihu, Eleazar en Ithamar, de zonen van Aäron. Dan moet u voor uw broer Aäron geheiligde kleding maken om hem waardigheid en aanzien te geven.
Exodus 28:1-2 Het Boek (HTB)
‘Wijd uw broer Aäron en zijn zonen Nadab, Abihu, Eleazar en Itamar tot priesters voor Mij. Maak heilige kleren voor Aäron om te laten zien dat hij aan Mij is gewijd, mooie gewaden die het belang van zijn taak onderstrepen.
Exodus 28:1-2 BasisBijbel (BB)
Mozes, als alles af is, moet je je broer Aäron en zijn zonen laten komen. Maak hen klaar om Mij te dienen. Zij worden mijn priesters. Laat dus Aäron en zijn zonen Nadab, Abihu, Eleazar en Itamar komen. Maak speciale heilige kleren voor je broer Aäron. Ze moeten er prachtig uitzien.