Prediker 11:1-4
Prediker 11:1-4 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
Werp uw brood uit op het water, want gij zult het vinden na vele dagen. Geef een deel aan zeven, ja, ook aan acht; want gij weet niet, wat kwaad op de aarde wezen zal. Als de wolken vol geworden zijn, zo storten zij plasregen uit op de aarde; en als de boom naar het zuiden, of als hij naar het noorden valt, in de plaats, waar de boom valt, daar zal hij wezen. Wie op den wind acht geeft, die zal niet zaaien, en wie op de wolken ziet, die zal niet maaien.
Prediker 11:1-4 Herziene Statenvertaling (HSV)
Werp uw brood uit over het water, want na vele dagen zult u het vinden. Verdeel het in zevenen of zelfs in achten, want u weet niet welk kwaad er over de aarde komen zal. Als de wolken vol zijn geworden, gieten zij regen uit op de aarde. Of een boom naar het zuiden valt of naar het noorden, op de plaats waar de boom valt, daar blijft hij liggen. Wie op de wind blijft letten, zal niet zaaien. Wie naar de wolken blijft kijken, zal niet oogsten.
Prediker 11:1-4 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Werp uw brood uit op het water, want gij zult het vinden na vele dagen. Verdeel het in zevenen, ja, in achten, want gij weet niet, welk kwaad er op aarde zijn zal. Als de wolken met regen gevuld zijn, gieten zij die uit over de aarde; en als een boom valt, zuidwaarts of noordwaarts, ter plaatse waar de boom valt, daar blijft hij liggen. Wie steeds op de wind let, zal niet zaaien; en wie steeds naar de wolken ziet, zal niet maaien.
Prediker 11:1-4 BasisBijbel, de bijbel in makkelijk Nederlands (BB)
Strooi je brood op het water, want je zal het na een poos weer terugvinden. Verdeel het in zeven, nee, in acht delen, want je weet niet wat voor ellende je nog zal overkomen. Als de wolken vol zijn, gieten ze regen uit over de aarde. En als een boom valt, naar het zuiden of naar het noorden, dan blijft hij liggen op de plaats waar hij valt. Iemand die steeds op de wind let, zal nooit zaaien. En iemand die steeds op de wolken let of het niet gaat regenen, zal nooit maaien.
Prediker 11:1-4 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
Werp uw brood uit op het water, want gij zult het vinden na vele dagen. Geef een deel aan zeven, ja, ook aan acht; want gij weet niet, wat kwaad op de aarde wezen zal. Als de wolken vol geworden zijn, zo storten zij plasregen uit op de aarde; en als de boom naar het zuiden, of als hij naar het noorden valt, in de plaats, waar de boom valt, daar zal hij wezen. Wie op den wind acht geeft, die zal niet zaaien, en wie op de wolken ziet, die zal niet maaien.
Prediker 11:1-4 Herziene Statenvertaling (HSV)
Werp uw brood uit over het water, want na vele dagen zult u het vinden. Verdeel het in zevenen of zelfs in achten, want u weet niet welk kwaad er over de aarde komen zal. Als de wolken vol zijn geworden, gieten zij regen uit op de aarde. Of een boom naar het zuiden valt of naar het noorden, op de plaats waar de boom valt, daar blijft hij liggen. Wie op de wind blijft letten, zal niet zaaien. Wie naar de wolken blijft kijken, zal niet oogsten.
Prediker 11:1-4 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Werp uw brood uit op het water, want gij zult het vinden na vele dagen. Verdeel het in zevenen, ja, in achten, want gij weet niet, welk kwaad er op aarde zijn zal. Als de wolken met regen gevuld zijn, gieten zij die uit over de aarde; en als een boom valt, zuidwaarts of noordwaarts, ter plaatse waar de boom valt, daar blijft hij liggen. Wie steeds op de wind let, zal niet zaaien; en wie steeds naar de wolken ziet, zal niet maaien.
Prediker 11:1-4 Het Boek (HTB)
Laat uw vermogen over de zeeën varen: na geruime tijd zal het bij u terugkomen. Verdeel uw geld over zeven of acht ondernemingen, want u weet niet wat voor onheil er nog komen kan. Als de wolken zwaar zijn, komt er regen, een boom blijft liggen waar hij valt. Als u steeds blijft wachten op de beste omstandigheden, krijgt u nooit iets gedaan.
Prediker 11:1-4 BasisBijbel, de bijbel in makkelijk Nederlands (BB)
Strooi je brood op het water, want je zal het na een poos weer terugvinden. Verdeel het in zeven, nee, in acht delen, want je weet niet wat voor ellende je nog zal overkomen. Als de wolken vol zijn, gieten ze regen uit over de aarde. En als een boom valt, naar het zuiden of naar het noorden, dan blijft hij liggen op de plaats waar hij valt. Iemand die steeds op de wind let, zal nooit zaaien. En iemand die steeds op de wolken let of het niet gaat regenen, zal nooit maaien.