Handelingen 2:6-7
Handelingen 2:6-7 Het Boek (HTB)
Toen zij het geluid hoorden, liepen ze allemaal te hoop. Zij raakten in verwarring, omdat ieder van hen de apostelen in zijn eigen taal hoorde spreken. Zij begrepen er niets van. ‘Dat zijn toch mannen uit Galilea?’ riepen zij verbaasd uit.
Handelingen 2:6-7 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
En als deze stem geschied was, kwam de menigte samen, en werd beroerd, want een iegelijk hoorde hen in zijn eigen taal spreken. En zij ontzetten zich allen, en verwonderden zich, zeggende tot elkander: Ziet, zijn niet alle dezen, die daar spreken, Galileërs?
Handelingen 2:6-7 Herziene Statenvertaling (HSV)
Toen dan dit geluid klonk, kwam de menigte samen en raakte in verwarring, want ieder hoorde hen in zijn eigen taal spreken. En zij waren allen buiten zichzelf en verwonderden zich, en zij zeiden tegen elkaar: Zie, zijn het niet allen Galileeërs die daar spreken?
Handelingen 2:6-7 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
en toen dit geluid gekomen was, liep de menigte te hoop en verbaasde zich, want een ieder hoorde hen in zijn eigen taal spreken. En buiten zichzelf van verwondering zeiden zij: Zie, zijn niet al dezen, die daar spreken, Galileeërs?
Handelingen 2:6-7 BasisBijbel (BB)
Toen ze het geluid hoorden, kwamen ze allemaal kijken. En ze waren heel verbaasd. Want iedereen van al die verschillende volken hoorde de twaalf apostelen in zijn eigen taal spreken. Stomverbaasd zeiden zij: "Die mannen daar zijn toch allemaal Galileeërs?