2 Samuël 24:22-25
2 Samuël 24:22-25 Het Boek (HTB)
‘U mag gebruiken wat u maar wilt,’ zei Arauna tegen de koning. ‘Daar staan ossen voor het brandoffer en u kunt de dorsgereedschappen en de jukken van de ossen gebruiken als brandhout voor het altaar. Ik zal het u allemaal geven en ik hoop dat de HERE God uw offer zal aanvaarden.’ Maar de koning zei tegen Arauna: ‘Nee, ik wil niet dat u het mij schenkt. Ik zal het kopen, want ik wil de HERE, mijn God, geen brandoffers aanbieden die mij niets hebben gekost.’ Daarom betaalde David hem vijftig zilverstukken voor de dorsvloer en de ossen. Daar bouwde hij een altaar voor de HERE en bracht brandoffers en vredeoffers. En de HERE verhoorde zijn gebed, de plaag hield op.
2 Samuël 24:22-25 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
Toen zeide Arauna tot David: Mijn heer de koning neme en offere, wat goed is in zijn ogen; zie, daar de runderen ten brandoffer, en de sleden en het rundertuig tot hout. Dit alles gaf Arauna, de koning, aan den koning. Voorts zeide Arauna tot den koning: De HEERE uw God neme een welgevallen in u! Doch de koning zeide tot Arauna: Neen, maar ik zal het zekerlijk van u kopen voor den prijs; want ik zal den HEERE, mijn God, niet offeren brandofferen om niet. Alzo kocht David den dorsvloer en de runderen voor vijftig zilveren sikkelen. En David bouwde aldaar den HEERE een altaar, en offerde brandofferen en dankofferen. Alzo werd de HEERE den lande verbeden, en deze plage van over Israël opgehouden.
2 Samuël 24:22-25 Herziene Statenvertaling (HSV)
Toen zei Arauna tegen David: Laat mijn heer de koning nemen en offeren wat goed is in zijn ogen. Ziedaar, de runderen voor het brandoffer, en de dorssleden en de werktuigen voor de runderen voor het brandhout. Dit alles, o koning, geeft Arauna aan de koning. Verder zei Arauna tegen de koning: Moge de HEERE, uw God, u goedgezind zijn. Maar de koning zei tegen Arauna: Nee, ik wil het beslist voor de volle prijs van u kopen, want ik wil de HEERE, mijn God, geen brandoffers brengen die niets kosten. Zo kocht David de dorsvloer en de runderen voor vijftig sikkel zilver. Vervolgens bouwde David daar voor de HEERE een altaar, en bracht brandoffers en dankoffers. Zo liet de HEERE Zich verbidden ten gunste van het land, en de plaag over Israël werd tot stilstand gebracht.
2 Samuël 24:22-25 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Toen zeide Arauna tot David: Mijn heer de koning moge nemen en offeren wat hem goeddunkt; ziedaar de runderen voor het brandoffer, en de dorssleden en het tuig der runderen tot brandhout. Dit alles geeft Arauna, o koning, aan de koning. Voorts zeide Arauna tot de koning: De HERE, uw God, moge in u behagen hebben. Maar de koning zeide tot Arauna: Neen, maar ik wil het in elk geval van u voor de volle prijs kopen, want de HERE, mijn God, wil ik geen brandoffers brengen, die mij niets kosten. Daarop kocht David de dorsvloer en de runderen voor vijftig sikkels zilver. En David bouwde daar een altaar voor de HERE en bracht brandoffers en vredeoffers. Toen liet de HERE Zich verbidden ten gunste van het land, en de plaag werd van Israël weggenomen.
2 Samuël 24:22-25 BasisBijbel (BB)
Toen zei Arauna tegen David: "Mijn heer de koning, neem wat u wil hebben en offer wat u wil. Kijk, daar staan koeien voor de offers. De gereedschappen en de jukken van de koeien kunt u gebruiken als brandhout. Ik geef ze u, mijn heer de koning. Ik hoop dat de Heer God blij zal zijn met uw offer." Maar de koning zei tegen Arauna: "Nee, ik wil alles voor de volle prijs van je kopen. Want ik wil mijn Heer God geen offers brengen die me niets hebben gekost." Toen kocht David de dorsvloer en de koeien voor 50 sikkels (500 gram) zilver. Hij bouwde daar een altaar voor de Heer en bracht brand-offers en dank-offers. Toen was de Heer niet langer boos en de ziekte stopte.