2 Koningen 11:1-3
2 Koningen 11:1-3 Het Boek (HTB)
Toen Athalia, de moeder van koning Ahazia van Juda, hoorde dat haar zoon dood was, doodde zij al zijn kinderen, uitgezonderd zijn één jaar oude zoon Joas. Joas werd gered door zijn tante Joséba, een zuster van koning Ahazia. Zij was namelijk een dochter van koning Joram, Ahaziaʼs vader. Zij haalde hem weg bij de andere kinderen van de koning, die zouden worden gedood en verborg hem en zijn verzorgster in een bergplaats in de tempel. Zij bleven daar zes jaar verborgen, terwijl Athalia over het land regeerde.
2 Koningen 11:1-3 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
Toen nu Athalia, de moeder van Ahazia, zag, dat haar zoon dood was, zo maakte zij zich op, en bracht al het koninklijke zaad om. Maar Joseba, de dochter van den koning Joram, de zuster van Ahazia, nam Joas, den zoon van Ahazia, en stal hem uit het midden van des konings zonen, die gedood werden, zettende hem en zijn voedster in een slaapkamer; en zij verborgen hem voor Athalia, dat hij niet gedood werd. En hij was met haar verstoken in het huis des HEEREN zes jaren; en Athalia regeerde over het land.
2 Koningen 11:1-3 Herziene Statenvertaling (HSV)
Toen Athalia, de moeder van Ahazia, zag dat haar zoon dood was, stond zij op en bracht zij heel het koninklijk nageslacht om. Maar Joseba, de dochter van koning Joram, de zuster van Ahazia, nam Joas, de zoon van Ahazia, en nam hem weg uit het midden van de zonen van de koning die ter dood gebracht werden, en bracht hem en zijn voedster naar de linnenkamer. En zij verborgen hem voor Athalia, zodat hij niet gedood werd. Hij bleef zes jaar met haar verborgen in het huis van de HEERE, terwijl Athalia over het land regeerde.
2 Koningen 11:1-3 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Toen Atalja, de moeder van Achazja, zag, dat haar zoon dood was, maakte zij zich op en bracht het gehele koninklijke geslacht om. Maar Jehoseba, de dochter van koning Joram, de zuster van Achazja, nam Joas, de zoon van Achazja, en bracht hem met zijn voedster heimelijk weg uit de kring der prinsen die gedood werden, naar de bergplaats voor de bedden; en zij verborgen hem voor Atalja, zodat hij niet ter dood gebracht werd. Hij bleef zes jaar bij haar verborgen in het huis des HEREN, terwijl Atalja over het land regeerde.
2 Koningen 11:1-3 BasisBijbel, de bijbel in makkelijk Nederlands (BB)
Toen Atalia, de moeder van Ahazia, hoorde dat haar zoon dood was, doodde ze al zijn kinderen. Maar Joseba, de zus van Ahazia, wist met Ahazia's zoon Joas en zijn verzorgster te ontsnappen. Ze verstopte hem in één van de kamers van de tempel. Daar verborg ze hem voor Atalia, zodat hij niet vermoord werd. Zes jaar lang woonde Joas in het geheim bij haar in de tempel, terwijl Atalia het land regeerde.