1 Korinthiërs 6:12-14
1 Korinthiërs 6:12-14 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
Alle dingen zijn mij geoorloofd, maar alle dingen zijn niet oorbaar; alle dingen zijn mij geoorloofd, maar ik zal onder de macht van geen mij laten brengen. De spijzen zijn voor de buik, en de buik is voor de spijzen; maar God zal beide dezen en die te niet doen. Doch het lichaam is niet voor de hoererij, maar voor den Heere en de Heere voor het lichaam. En God heeft ook den Heere opgewekt, en zal ons opwekken door Zijn kracht.
1 Korinthiërs 6:12-14 Herziene Statenvertaling (HSV)
Alle dingen zijn mij geoorloofd, maar niet alle dingen zijn nuttig. Alle dingen zijn mij geoorloofd, maar ik zal mij niet onder de macht van ook maar iets laten brengen. Het voedsel is voor de buik en de buik voor het voedsel, maar God zal zowel het één als het ander tenietdoen. Het lichaam is echter niet voor de hoererij, maar voor de Heere en de Heere voor het lichaam. En God heeft niet alleen de Heere opgewekt, maar zal ook ons opwekken door Zijn kracht.
1 Korinthiërs 6:12-14 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Alles is mij geoorloofd, maar niet alles is nuttig. Alles is mij geoorloofd, maar ik zal mij door niets laten knechten. Het voedsel is voor de maag en de maag voor het voedsel, en God zal zowel het een als het ander teniet doen. Maar het lichaam is niet voor de hoererij, doch voor de Here, en de Here voor het lichaam. God heeft niet alleen de Here opgewekt, maar zal ook ons opwekken door zijn kracht.
1 Korinthiërs 6:12-14 Het Boek (HTB)
Ik mag alles, zegt u. Maar niet alles is zinvol. Hoewel ik alles mag, mag niets mij overheersen. Het voedsel is voor het lichaam en het lichaam is voor het voedsel. God zal ze allebei overbodig maken. Ons lichaam is niet bestemd voor de ontucht, maar voor de Here en de Here zorgt voor het lichaam! Zoals God de Here Jezus Christus weer levend heeft gemaakt, heeft Hij ook de kracht om óns weer levend te maken.
1 Korinthiërs 6:12-14 BasisBijbel (BB)
Alles mag, maar niet alles is nuttig. Ik mag alles, maar ik mag nergens slaaf van worden. Het eten is voor de maag, en de maag is voor het eten. Maar uiteindelijk zal God alle twee vernietigen. Maar het lichaam is niet bedoeld om allerlei verkeerde dingen op het gebied van seks mee te doen. Nee, het is voor de Heer, en de Heer is voor het lichaam. God heeft niet alleen de Heer uit de dood teruggeroepen en weer levend gemaakt. Hij zal ook óns lichaam door zijn kracht weer levend maken.