1 Korinthiërs 11:20-22
1 Korinthiërs 11:20-22 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
Als gij dan bijeen samenkomt, dat is niet des Heeren avondmaal eten. Want in het eten neemt een iegelijk te voren zijn eigen avondmaal; en deze is hongerig, en de andere is dronken. Hebt gij dan geen huizen, om er te eten en te drinken? Of veracht gij de Gemeente Gods, en beschaamt gij degenen, die niet hebben? Wat zal ik u zeggen? Zal ik u prijzen? In dezen prijs ik u niet.
1 Korinthiërs 11:20-22 Herziene Statenvertaling (HSV)
Zoals u nu bij elkaar samenkomt, is dat niet het eten van het Avondmaal van de Heere. Want bij het eten gebruikt iedereen van tevoren al zijn eigen avondmaal en dan heeft de één honger, terwijl de ander dronken is. Hebt u dan geen huizen om er te eten en te drinken? Of minacht u de gemeente van God en beschaamt u hen die niets hebben? Wat moet ik nu tegen u zeggen? Zal ik u hierin prijzen? Ik prijs u niet.
1 Korinthiërs 11:20-22 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Wanneer gij dan bijeenkomt, is dat niet het eten van de maaltijd des Heren; want bij het eten neemt ieder vooraf zijn eigen deel, zodat de een hongerig is en de ander dronken. Hebt gij dan geen huizen om te eten en te drinken? Of minacht gij (zózeer) de gemeente Gods, dat gij de behoeftigen beschaamd maakt? Wat zal ik tot u zeggen? Zal ik u prijzen? Op dit punt prijs ik niet.
1 Korinthiërs 11:20-22 Het Boek (HTB)
Wanneer u bij elkaar komt om te eten, heeft dat niets te maken met de maaltijd van de Here. Voordat de maaltijd goed en wel is begonnen, schrokt iedereen zoveel mogelijk naar binnen, met het gevolg dat sommigen nog honger hebben en anderen dronken zijn. Als u echt zoveel honger hebt, moet u eerst thuis iets eten. Betekent de gemeente van God zo weinig voor u dat de arme medegelovigen door u geen kans krijgen om te eten? Wat denkt u? Dat ik u een compliment zal geven? Ik denk er niet aan!
1 Korinthiërs 11:20-22 BasisBijbel, de bijbel in makkelijk Nederlands (BB)
Maar zoals jullie nu in jullie bijeenkomsten de maaltijd van de Heer vieren, kan écht niet. Want iedereen neemt er haastig van voor zichzelf. Daardoor zijn sommigen [ aan het eind ] nog hongerig en anderen dronken. Kunnen jullie dan niet [ eerst ] thuis eten en drinken? Hebben jullie dan helemaal geen respect voor de gemeente van God? Want waarom zorgen jullie er niet voor dat de arme mensen éérst te eten krijgen? Jullie zorgen helemaal niet voor hen. Wat moet ik zeggen? Als jullie verwachten dat ik hierover een compliment geef, dan hebben jullie het mis!