1 Kronieken 20:4-8
1 Kronieken 20:4-8 Het Boek (HTB)
De volgende oorlog was gericht tegen de Filistijnen en werd uitgevochten bij Gezer. Sibbechai, een man uit Husath, doodde de reus Sippai en daarom gaven de Filistijnen zich over. Tijdens een andere oorlog met de Filistijnen doodde Elhanan, de zoon van Jaïr, Lachmi, de broer van de reus Goliath, de steel van Lachmiʼs speer was zo dik als de boom van een weefgetouw. Gedurende de oorlog bij Gath was er een andere reus die Israël beledigde en uitdaagde. Deze had zes vingers aan elke hand en zes tenen aan elke voet. Zijn vader was overigens ook een reus. Maar Davids neef Jonathan, de zoon van zijn broer Simea, doodde hem. Deze reuzen waren nakomelingen van het bekende reuzengeslacht van de Refaïeten uit Gath en werden gedood door David en zijn strijders.
1 Kronieken 20:4-8 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
En het geschiedde daarna, als de krijg met de Filistijnen te Gezer opstond, toen sloeg Sibchai, de Husathiet, Sippai, die van de kinderen van Rafa was; en zij werden ten ondergebracht. Daarna was er nog een krijg tegen de Filistijnen, en Elhanan, de zoon van Jaïr, versloeg Lachmi, den broeder van Goliath, den Gethiet, wiens spieshout was als een weversboom. Daarna was er nog een krijg te Gath; en daar was een zeer lang man, en zijn vingeren waren zes en zes, vier en twintig, en hij was ook van Rafa geboren; En hij hoonde Israël, maar Jonathan, de zoon van Simea, den broeder van David, versloeg hem. Dezen waren van Rafa geboren te Gath; en zij vielen door de hand van David, en door de hand zijner knechten.
1 Kronieken 20:4-8 Herziene Statenvertaling (HSV)
Daarna gebeurde het dat er in Gezer opnieuw oorlog met de Filistijnen ontstond. Toen versloeg Sibbechai uit Husa, Sippai, die een van de kinderen van Rafa was, en zij werden vernederd. Er was opnieuw oorlog met de Filistijnen, en Elhanan, de zoon van Jaïr, versloeg Lachmi, de broer van Goliath uit Gath. De schacht van zijn speer was als een weversboom. Er was opnieuw oorlog in Gath. Er was een man van grote lengte die aan beide kanten zes vingers en zes tenen had, vierentwintig in totaal. Ook deze was bij Rafa geboren. Hij hoonde Israël, maar Jonathan, de zoon van Simea, de broer van David, versloeg hem. Deze waren bij Rafa geboren in Gath. Zij vielen door de hand van David en door de hand van zijn manschappen.
1 Kronieken 20:4-8 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Daarna ontstond er te Gezer een strijd met de Filistijnen; en de Chusatiet Sibbekai versloeg toen Sippai, een van de afstammelingen der Refaïeten, zodat zij zich moesten onderwerpen. Opnieuw was er strijd met de Filistijnen, en Elchanan, de zoon van Jaïr, versloeg Lachmi, de broeder van de Gatiet Goliat, die een spies had met een schacht als een weversboom. Wederom was er strijd, bij Gat, en daar was een man van zeer grote lengte, die zes vingers en zes tenen had, vierentwintig (in het geheel); ook deze stamde af van Rafa. Hij hoonde Israël en Jonatan, de zoon van Sima, Davids broeder, versloeg hem. Dezen stamden af van Rafa te Gat; zij vielen door de hand van David en zijn dienaren.
1 Kronieken 20:4-8 Het Boek (HTB)
De volgende oorlog was gericht tegen de Filistijnen en werd uitgevochten bij Gezer. Sibbechai, een man uit Husath, doodde de reus Sippai en daarom gaven de Filistijnen zich over. Tijdens een andere oorlog met de Filistijnen doodde Elhanan, de zoon van Jaïr, Lachmi, de broer van de reus Goliath, de steel van Lachmiʼs speer was zo dik als de boom van een weefgetouw. Gedurende de oorlog bij Gath was er een andere reus die Israël beledigde en uitdaagde. Deze had zes vingers aan elke hand en zes tenen aan elke voet. Zijn vader was overigens ook een reus. Maar Davids neef Jonathan, de zoon van zijn broer Simea, doodde hem. Deze reuzen waren nakomelingen van het bekende reuzengeslacht van de Refaïeten uit Gath en werden gedood door David en zijn strijders.
1 Kronieken 20:4-8 BasisBijbel, de bijbel in makkelijk Nederlands (BB)
Daarna werd er bij Gezer weer gevochten tussen de Filistijnen en de Israëlieten. Sibbechai uit Husa doodde toen Sippai, een Refaïet. Toen moesten de Filistijnen zich overgeven. Een andere keer toen er weer werd gevochten, versloeg Elhanan, de zoon van Jaïr, de broer van Goliat uit Gat: Lachmi. Deze Lachmi had een speer die zo lang en zo dik was als de boom van een weefgetouw. Daarna werd er nog een keer gevochten bij Gat. Er was daar nóg een enorme man. Hij had aan elke hand zes vingers en aan elke voet zes tenen. Dus 24 vingers en tenen. Ook hij was een Refaïet. Hij daagde Israël uit. Maar Jonatan, de zoon van Davids broer Simea, doodde hem. Deze vier mannen waren alle vier Refaïeten uit Gat. En ze werden alle vier gedood door David en zijn mannen.