Omdat zij niets van God wilden weten, heeft God hen overgelaten aan alles wat in hun verdorven gedachten opkomt. Zij gaan zich te buiten aan allerlei onbehoorlijke dingen. Zij zitten vol onrechtvaardigheid en misdaad, vol hebzucht, kwaadaardigheid en jaloezie. Zij zijn uit op moord, ruzie, list en bedrog. Gemeen als ze zijn, houden zij van roddel en kwaadsprekerij. Zij haten God. Het zijn brutale, verwaande opscheppers. Ze weten altijd wel iets slechts te bedenken en zijn hun ouders ongehoorzaam. Zij zijn onverstandig en onbetrouwbaar, liefdeloos en genadeloos. Zij weten dat God dit niet kan toestaan. Want wie zoiets doet, verdient de dood. Maar toch doen ze het. Erger nog: zij vinden het prachtig als anderen eraan meedoen.
Lees Romeinen 1
Luisteren Romeinen 1
Delen
Alle vertalingen vergelijken: Romeinen 1:28-32
Sla Bijbelteksten op, lees offline, bekijk onderwijsvideo's en meer!
Thuisscherm
Bijbel
Leesplannen
Video's