Colossenzen 4:10-18

Colossenzen 4:10-18 HTB

U moet de hartelijke groeten hebben van Aristarchus, mijn medegevangene, en van Marcus, de neef van Barnabas. Ik heb u al eerder gevraagd om Marcus met open armen te ontvangen wanneer hij naar u toekomt. Verder doet Jezus, ook wel Justus genoemd, u de groeten. Deze drie zijn de enige Joodse gelovigen die hier met mij meewerken. Zij zijn een enorme steun voor mij geweest! Epafras laat u ook groeten. Hij hoort bij u en is een goed dienaar van Christus Jezus. Hij spant zich echt voor u in door altijd vurig te bidden dat u sterke en volwassen gelovigen mag worden, die uitsluitend willen doen wat God van hen verlangt. Ik ben er getuige van dat hij erg veel moeite voor u doet en vurig voor u bidt en ook voor de gelovigen van Laodicea en Hiërapolis. Onze geliefde dokter Lucas laat u ook groeten, evenals Demas. Wilt u namens mij de gelovigen te Laodicea groeten, in het bijzonder Nymfa en de gemeente die in haar huis samenkomt? Als deze brief bij u is voorgelezen, laat hem dan ook in de gemeente van Laodicea voorlezen. En zorg ervoor dat u ook de brief leest die ik aan hen gestuurd heb. Zeg tegen Archippus: ‘Zorg dat u de taak die de Here u heeft gegeven, goed uitvoert.’ Nu schrijf ik persoonlijk nog een laatste groet. Vergeet niet dat ik gevangen zit. Gods genade zij met u.

Gratis leesplannen en overdenkingen die te maken hebben met Colossenzen 4:10-18

YouVersion gebruikt cookies om je ervaring te personaliseren. Door onze website te gebruiken ga je akkoord met ons gebruik van cookies zoals beschreven in ons Privacybeleid