Maar nu, luister, Jakob, Mijn dienaar,
Israël, die Ik verkozen heb!
Zo zegt de HEERE, uw Maker
en uw Formeerder van de moederschoot af, Die u helpt:
Wees niet bevreesd, Mijn dienaar Jakob,
Jesjurun, die Ik verkozen heb.
Want Ik zal water gieten op het dorstige
en stromen op het droge.
Ik zal Mijn Geest op uw nageslacht gieten
en Mijn zegen op uw nakomelingen.
Zij zullen opkomen tussen het gras,
als wilgen aan de waterstromen.
De een zal zeggen: Ik ben van de HEERE,
een ander zal zich noemen met de naam Jakob,
weer een ander zal met zijn hand schrijven: Van de HEERE,
en de erenaam Israël aannemen.
Zo zegt de HEERE, de Koning van Israël,
zijn Verlosser, de HEERE van de legermachten:
Ik ben de Eerste en Ik ben de Laatste,
en buiten Mij is er geen God.
En wie kan, zoals Ik, roepen,
het bekendmaken en het voor Mij uiteenzetten,
sinds Ik een eeuwig volk een plaats gegeven heb?
En laten zij de toekomstige dingen, dat wat komen zal, hun bekendmaken.
Wees niet angstig en wees niet bevreesd.
Heb Ik het u van toen af niet doen horen en bekendgemaakt?
Want u bent Mijn getuigen: is er ook een God buiten Mij?
Er ís geen andere rots, Ik ken er geen.