Ook bij Sem zijn zonen geboren; hij is de voorvader van alle zonen van Heber, en de broer van Jafeth, de oudste.
Sems zonen waren: Elam, Assur, Arfachsad, Lud en Aram.
De zonen van Aram waren: Uz, Hul, Gether en Mas.
Arfachsad verwekte Selah, en Selah verwekte Heber.
Bij Heber werden twee zonen geboren; de naam van de ene was Peleg, omdat in zijn dagen de aarde verdeeld is, en de naam van zijn broer was Joktan.
Joktan verwekte Almodad, Selef, Hazarmavet, Jerah,
Hadoram, Uzal, Dikla,
Obal, Abimaël, Sjeba,
Ofir, Havila en Jobab. Zij allen waren zonen van Joktan.
Hun woongebied reikte van Mesja tot in de richting van Sefar, het bergland in het oosten.
Dit waren de zonen van Sem, ingedeeld naar hun geslachten en naar hun talen, met hun landen en hun volken.
Dit waren de geslachten van de zonen van Noach, ingedeeld naar hun afstamming, met hun volken; van hen stammen de volken af die zich na de vloed over de aarde hebben verspreid.