1 Koningen 12:25-30

1 Koningen 12:25-30 HSV

Jerobeam bouwde Sichem uit, in het bergland van Efraïm, en ging daar wonen. Naderhand vertrok hij vandaar en bouwde Penuel. En Jerobeam zei in zijn hart: Nu zal het koninkrijk weer aan het huis van David komen. Als dit volk optrekt om offers te brengen in het huis van de HEERE in Jeruzalem, zal het hart van dit volk terugkeren naar hun heer, naar Rehabeam, de koning van Juda. Dan zullen zij mij doden en terugkeren naar Rehabeam, de koning van Juda. Daarom pleegde de koning overleg en maakte twee gouden kalveren. Hij zei tegen het volk: Het is te veel voor u om op te trekken naar Jeruzalem. Zie uw goden, Israël, die u uit het land Egypte hebben doen optrekken. En hij plaatste het ene in Bethel, en het andere zette hij in Dan. Dit werd aanleiding tot zonde, want het volk liep vóór het ene uit, tot aan Dan toe.