Op de 13e dag van de twaalfde maand, de maand Adar, was het zo ver. Het bevel van de koning moest worden uitgevoerd. De vijanden van de Judeeërs hoopten de Judeeërs nu te vernietigen. Maar het omgekeerde gebeurde. Het werd een dag waarop de Judeeërs juist zelf hun vijanden konden doden.