Klaagliederen 3:6-9
Klaagliederen 3:6-9 BB
Het is zó donker om mij heen, dat het lijkt alsof ik al dood en begraven ben. Ik zie geen uitweg meer. Hij heeft me in de boeien gezet. Ik schreeuw tot Hem om hulp, maar Hij luistert niet naar mij. Ik kan geen kant meer op, want Hij verspert mij de weg.