1
Genesis 33:4
Statenvertaling (Importantia edition)
Toen liep Ezau hem tegemoet, en nam hem in den arm, en viel hem aan den hals, en kuste hem; en zij weenden.
አወዳድር
{{ጥቅስ}} ያስሱ
2
Genesis 33:20
En hij richtte aldaar een altaar op, en noemde het: De God Israëls is God!
ቤት
መጽሐፍ ቅዱስ
እቅዶች
ቪዲዮዎች